Het Traditionele Latijnse Heilige Misoffer
1 Inleiding
Misschien ben je wel eens naar een traditionele Heilige. Mis geweest. Of heb je ooit met een katholiek die de Latijnse Heilige Mis bijwoont, over de situatie in de Kerk gepraat. Of ben je toevallig een keer een kerk binnengelopen waar de traditionele Heilige Mis werd gecelebreerd.
Voor iemand die voor de eerste keer de traditionele Heilige Mis meemaakt, is het meest opmerkelijke ervan: het Latijn en de schoonheid van de Liturgie.
Nostalgie is niet de voornaamste reden waarom het traditionele Heilige Misoffer behouden moet blijven. Nee, die reden is primair van leerstellige aard. Het gaat om het behoud van de Goddelijke liturgie van het Heilige Misoffer. Dat is een dogma van het Katholieke Geloof, dat leert, dat aan de levende God, de Vader, de Zoon en de Heilige Geest een zuivere en waardige Eredienst moet worden opgedragen. De Traditionele Heilige Mis beantwoordt aan dit doel. De moderne, zogenaamde Nieuwe Mis doet dat niet.
Met de informatie in deze bijdrage hopen wij je enig inzicht te geven, waarom katholieken de Traditionele Heilige Mis bijwonen. Moge je de Genade geschonken worden dat je één van hen wordt die ‘standvastig en trouw in de Tradities staan die u hebt geleerd-…’ (II-Thess. 2,14).
In de Nieuwe Mis in een gewone moderne parochie wordt alles gedaan in het Nederlands. De priester zit of staat achter de tafel met zijn gezicht naar de mensen. Hij maakt spontane opmerkingen gedurende de dienst. Leken lopen rond en doen allerlei mededelingen en lezingen uit de Heilige Schrift en ook profane teksten al naargelang de gelegenheid zich daartoe leent. Het tabernakel bevindt zich nooit op de tafel, maar ergens achter de priester of in een of andere hoek. Het vredesteken is een gelegenheid voor handen geven, emotionaliteit. Als het maar leuk is en gezellig.
Typisch gebruik in de Nieuwe Mis is de handcommunie door de priester/voorzitter, met assistentie van leken, mannen en vrouwen. Er worden zelden of geen kniebuigingen gemaakt. Zelden zijn twee eucharistievieringen precies het zelfde. De verschillen tussen parochies onderling zijn groot. Bizarre gebruiken zijn de Novus Ordo Mis niet vreemd. Er zijn clownmissen, kermis-missen, carnavalsmissen, beatmissen, enzovoorts…
2 Het ontstaan van de Traditionele Heilige Mis
Zoals Christus geboren is in de stal van Bethlehem, zo is het Heilige Misoffer ontstaan in de Zaal van het Laatste Avondmaal. Dit was als het ware Zijn laatste ‘communie‘ met zijn leerlingen van het paaslamoffer van het Oude Verbond. Daarna stelde Hij het Paaslamoffer in van het Nieuwe Verbond: het Heilig Misoffer:
‘Die daags voor Zijn lijden het brood in Zijn heilige eerbiedwaardige handen nam en Zijn ogen ten hemel verheffend tot God Zijn Almachtige Vader, U dankend het zegende, brak en het aan Zijn leerlingen gaf, zeggende:
“Neemt en eet hier allen van, Want Dit Is Mijn Lichaam.”
Eveneens nadat het Avondmaal gehouden was, nam Hij deze voortreffelijke Kelk in Zijn heilige, eerbiedwaardige handen, en U ook dankend, zegende Hij hem, en gaf hem aan zijn leerlingen zeggende:
“Neemt en drinkt hier allen uit: Want dit is de Kelk van Mijn Bloed, van het Nieuw en Eeuwig Verbond – Geheim van het Geloof – dat voor U en voor velen vergoten zal worden tot vergeving van de zonden.”’
Door de eeuwen gegroeid en tot volwassenheid gekomen, is deze Heilige Mis in het gouden gewaad van de Klassieke Romeinse Ritus voor alle tijden op het Concilie van Trente door de heilige Paus Pius V in de huidige vorm definitief en onveranderlijk vastgelegd. Vandaar de naam: Tridentijnse Heilige Mis (Tridentijns betekent: van Trente, van het Concilie van Trente).
Paus Pius V deed dit, omdat in naar het protestantisme neigende parochies in zijn tijd ketterijen in de Mistekst dreigden te sluipen. Daarom gebood hij dat voortaan de tekst van de Heilige Mis zoals die in Rome gevierd werd, verplicht voor de hele Kerk was. Andere plaatsen of ordes die konden aantonen dat hun Mistekst minstens 200 jaar oud en ongewijzigd gebleven waren, kregen toestemming die ketterijvrije H. Mis te lezen.
In zijn bulle “Quo Primum” voorafgaand in het ‘Tridentijnse’ Missaal verordende paus Pius V dat er nooit een andere Heilige Mis mocht worden gelezen dan deze uit dit Missaal, dat er nooit een woord aan veranderd mocht worden, en dat nooit een priester door wie dan ook verboden mocht worden om deze Mis te lezen, op straffe van de toorn van God en van de apostelen Petrus en Paulus.
De Tridentijnse Mis is daarna soms iets veranderd, bijvoorbeeld wanneer er nieuwe Heiligenfeesten kwamen. Dat is zo gegaan tot 19… Toen heeft Johannes XXIII in de altijd onveranderd gebleven canon – het deel van de Heilige Mis voor en na de consecratie – de naam van de Heilige Jozef opgenomen. Een grote heilige natuurlijk, maar geen martelaar, zoals de andere heiligen in de canon op Maria na. Het bleek een begin te zijn van vele veranderingen die de Tridentijnse Heilige Mis zou ondergaan tot aan de gehele afschaffing. Zijn opvolger Paulus VI ging uiteindelijk – tegen de geboden van de heilige Paus Pius V in, de Tridentijnse Heilige Mis vervangen door de Novus Ordo Missae. In alle kerken werden ijlings tafels voor het altaar gezet, en de meest modernistische bisschoppen gingen voor in het afbreken van het altaar, zodat het Tridentijnse Heilige Misoffer niet meer gecelebreerd kón worden. Zo groot is de haat van de modernisten (door de heilige Paus Pius X in …. allemaal zonder vorm van proces geëxcommuniceerd, maar dat kon het modernisme niet uitroeien), tegen het geloof en de eredienst van de Katholieke Kerk.
De Tridentijnse Heilige Mis wordt gecelebreerd in de aloude, eerbiedwaardige taal van de Katholieke kerk: het Latijn. Het voordeel van een “dode” taal is: dat het de dogma’s van het Geloof onveranderlijk bewaart. De gehele klassieke Romeinse ritus is als het ware een kostbare schrijn met een goddelijke schat. De priester celebreert “ad orientem”, naar de ‘Opkomende Zon’, dat is het symbool voor Christus. Hij staat aan het Altaar, waar onze Heer tegenwoordig is. Hij maakt geen persoonlijke of willekeurige opmerkingen, wijkt niet af van de tekst, maar zegt precies dezelfde gebeden die priesters hebben gebeden de eeuwen door. Hij alleen raakt met zijn handen de geconsacreerde Hostie aan. Bij de Heilige Communie knielen de gelovigen en ontvangen hun Heer en Verlosser eerbiedig op de tong. De gelovigen volgen de Mis in stilte en aandachtig met hun missaaltje. De gebaren van de priester zijn eerbiedig en ingetogen. Talrijk zijn de kniebuigingen uit eerbied voor het Allerheiligste Sacrament, zo ook de 33 zegeningen naar het aantal levensjaren van Jezus Christus op aarde.
De teksten van de Traditionele Mis zijn in alle kerken hetzelfde en er is geen verschil van de ene priester tot de andere.
3 Liturgie en Leer
Het kan niemand ontgaan dat de moderne Mis en de traditionele totaal verschillende signalen uitzenden over dat wat de Mis eigenlijk is, wat het doet, en wat de aanwezigen geloven.
De novus-ordo-eucharistieviering laat de indruk achter van een maaltijd of gedachtenis. De oude Ritus echter is een handeling primair gericht op aanbidding van de Alheilige God. Dit brengt ons bij de vraag, waarom Katholieken gehecht zijn aan de traditionele Mis. De reden hiervoor is, dat door het Heilige Misoffer de gelovigen direct met het Kruisoffer verbonden zijn en daardoor met de bron van de verlossingsgenade. In stille aanbidding hebben zij hieraan deel, zoals Maria en Johannes staande onder het kruis van Christus. En zo komt door het Heilige Misoffer het Kruisoffer van Christus binnen ons bereik en delen wij in de genade van de Verlossing. Paus Pius XII sprak hierover in zijn Encycliek over de Liturgie Mediator Dei:
“De Eredienst, welke de Kerk aan God – al Goed en Heilig – opdraagt, is een voortdurende belijdenis van het Katholieke Geloof… in de Heilige Liturgie belijden wij het Katholieke Geloof expliciet en open…”
De Liturgie drukt niet alleen de Leer uit, maar het beïnvloedt en voedt ook het Geloof van de aanwezigen (‘lex orandi, lex credendi’: ‘men bidt zoals men gelooft en men gelooft zoals men bidt’). Gebeden en rituele gebaren zijn uitdrukkingen van aanbidding van de werkelijke Tegenwoordigheid van Christus in het H. Sacrament, door versterking en bevestiging van ons gemeenschappelijk Geloof in deze Leer.
Of: Gebeden en rituele gebaren zijn uitdrukkingen van aanbidding van de werkelijke Tegenwoordigheid van Christus in het H. Sacrament. Ze versterken en bevestiging ons gemeenschappelijk Geloof in deze Leer.
4 De traditionele Mis en de Leer
Omdat de Liturgie de uitdrukking is van het principe: ‘men bidt zoals men gelooft en men gelooft zoals men bidt, heeft de Kerk de eeuwen door de tekst van de Heilige Mis nauwgezet bewaard Hierdoor heeft zij altijd zorg ervoor gedragen, dat de tekst de geloofsleer zuiver weergeeft en tegen iedere dwaling behoedt..
De Katholieke Kerk heeft altijd en vooral benadrukt dat de Heilige Mis een offer is. De geijkte term hiervoor is Sacrificium. Dat Christus een zichtbaar Offer nagelaten heeft aan de Kerk is een dogma van het Katholieke Geloof (Concilie van Trente).
De leer, dat de Heilige Mis primair een offer is, opgedragen aan God, is wonderlijk. Dit komt duidelijk tot uiting in de Traditionele Latijnse Mis. Dat is de Katholieke Leer ook op tal van andere punten, zoals de Presentia Realis ofwel de werkelijke Tegenwoordigheid, de natuur van het Priesterschap, het vagevuur, de identiteit van de ware Kerk van Christus, en de voorspraak van de heiligen.
5 Hoe maak je katholieken protestant?
De protestanten begrepen heel goed, dat de Heilige Mis de katholieke leer uitdrukt. Om hun ‘nieuwe leer’ ingang te doen vinden moest men beginnen met het veranderen van de Liturgie. In de 16de eeuw begon Luther katholieken om te vormen tot protestanten door hen te laten bidden en de eredienst te doen op de manier die de protestanten aangenaam was. Hiervan een voorbeeld:
‘Eerst kwam de hervorming van de Liturgie. Verandering van de dagelijkse devoties van de gewone man raken hem diep. Dus liet men hem uit de kelk drinken en de Heilige Hostie in de hand nemen, hoefde men voor het communiceren niet meer te biechten, en werden de woorden van de consecratie hardop uitgesproken in de volkstaal. Voor de belangrijkste veranderingen leverde Luther het theoretische grondwerk. Voor Luther was de Mis geen offer’ (Roland Bainton, Hier sta ik, Mentor p. 156).
En zo heeft ook de moderne Mis ingang gevonden, via de weg van de geleidelijkheid en onopvallendheid. Volgens de door de communistische leider Lenin aanbevolen techniek: ‘Haal de schelp leeg, maar laat de buitenkant heel.’ Ofwel: ‘Vernietig het Offer, maar laat het omhulsel”.
6 Vaticanum II en zijn hervormingen
Het Tweede Vaticaans Concilie (11 oktober 1962- 8 december 1965) was door Johannes XXIII bijeen geroepen. Hij wilde de ramen van de kerk opengooien naar de wereld, de Kerk bij de tijd brengen. Hij noemde dat “Aggiornamento”. Hij bracht de katholieke bisschoppen samen om te praten over grondige veranderingen in de Katholieke Eredienst, Leer en discipline. Na zijn dood werd het werk van het Concilie voortgezet door Paulus VI. Dit resulteerde in vele radicale vernieuwingen. Katholieken werden geconfronteerd met hervormingen op alle gebieden van het religieuze leven.
Miljoenen woorden zijn geschreven over deze ‘hervormingen.’ Regelmatig werd er gezegd, dat de essentiële punten ofwel het wezenlijke van het Geloof onveranderd bleef en dat Vaticanum II een ware ‘vernieuwing’ in de Kerk had gebracht. Was dit zo?
7 De vruchten van Vaticanum II
Naar het woord van Onze Heer dat we een boom kunnen beoordelen naar de vruchten, kunnen we ons afvragen wat die vruchten van Vaticanum II dan wel waren? Priesters en religieuzen verlieten hun gewijde roeping met duizenden. Het aantal priesterroepingen liep drastisch terug. Vanaf 1965 tot 2002 namen de wijdingen in de VS met 72% af. De leegloop van de Kerk nam dramatische vormen aan. Echtscheidingen onder katholieken werd steeds meer gewoon gevonden, hoewel dat vroeger bijna niet voorkwam..
Het was evident dat de vruchten Vaticanum II rampzalig waren en slecht.
‘Vaticanum II was de grootste ramp in de recente kerkelijke geschiedenis’ (Kardinaal Siri, Aartsbisschop van Genua, Pontif, p.369)
8 De ideeën achter Vaticanum II
De zo geroemde ‘vernieuwing’ van Vaticanum II was revolutionair en voor de Kerk vernietigend, omdat daaraan twee gevaarlijke beginselen ten grondslag lagen: Oecumenisme en Modernisme.
Het Oecumenisme streeft eenheid na ofwel een fusie van Katholicisme met in eerste instantie christelijke, niet-katholieke godsdiensten. Leerstellingen en geloofspunten die voor deze andere godsdiensten bezwaarlijk waren, moesten worden overboord gegooid of dubbelzinnig worden uitgelegd.
Het Modernisme leert, dat ‘waarheid’ veranderlijk is. Wat vandaag waar is, kan morgen niet meer waar zijn. Het woord van Christus: ‘Ik ben de weg, de waarheid en het leven; niemand komt tot de Vader dan door Mij’ (Joh.14,6) wordt veronachtzaamd. De Kerk moest dus ook veranderen, wil zij met de tijd mee gaan en relevant blijven voor de moderne seculiere wereld. Modernistische geestelijken plunderden de Traditionele Katholieke Eredienst, Leer en Moraal door de filter van de moderne relativistische filosofie en andere seculiere ‘dogma’s’ en ‘waarden. De modernisten ontdeden het geloof van die leerstellingen en praktijken die de moderne wereld onverdraagzaam acht of exclusief en moeilijk, of achterhaald, fanatiek of lastig.
Dit had tot gevolg dat het begrip ‘objectieve geloofswaarheid’ verdween, zodat religie werd teruggebracht tot een emotionele vertoning van symbolen en rituelen, zonder genade en waarheid en met wat wazige morele beginselen (of wat daar nog van over is).
Oecumenisme en Modernisme, het programma van Vaticanum II, mondden uit in de creatie van de Nieuwe Mis.
Er ontstond een andere Kerk met een ander geloof.
9 Het ontstaan van de Nieuwe Mis
De traditionele Heilige Mis werd door de modernisten veracht. De zelfbenoemde en zelfaangestelde ‘vernieuwers’ van de conciliekerk braken de altaren af en plaatsten de tafel. Veel kerkelijke kunst ging teloor. De Oude Mis werd vervangen door de Nieuwe. Het werd zo uitgedacht en ontworpen, dat het naar de zin was van twee groeperingen:
– de Protestanten: om hun tegemoet te komen, werd de katholieke Mis vervangen door de Novus ordo
– de Modernisten: om die gunstig te stemmen moesten bepaalde dogma’s worden afgeschaft of afgezwakt (want dogma’s zijn per definitie niet af te schaffen), zoals het bestaan van de Hel, boete, straf voor zonden, wonderen, het bestaan van de ziel, enzovoorts.
De taak om een nieuwe Misritus in elkaar te zetten werd aan een nieuwe Vaticaanse Commissie toevertrouwd, de Commissio ad Exsequendam Constitutiones de Sacra Liturgia, ofwel kortweg ‘Consilium’. De secretaris van dit lichaam van 150 leden was een zekere bisschop Annibale Bugnini, die in 1975 ontmaskerd werd als zijnde 33ste graad vrijmetselaar (en dus erfvijand van de Kerk en geëxcommuniceerd op basis van de toen geldende kerkelijke wet). Onder de deelnemers waren 6 protestanten: A. Raymond George (Methodist), Ronald Jaspar (Anglikaan), Massey Shepherd (Episcopaliaan), Friedrich Künneth (Lutheraan), Eugene Brand (Lutheraan) and Max Thurian (Calvinist-gemeenschap in Taize). Zij vertegenwoordigden de Anglicanen, de Lutheranen, de Episcopalianen, de Methodisten, de Wereldraad van Kerken, de oecumenische Taizé-gemeenschap, enz., allemaal groeperingen waarin de kerkvijandige vrijmetselarij verondersteld wordt een grote invloed te hebben. Over hun rol in het Consilium het volgende:‘Zij waren daar niet gewoon als waarnemers, maar namen volledig deel aan de beraadslagingen en discussies met betrekking tot de liturgische ‘vernieuwing’. Het zou anders geen zin hebben als ze daar louter als luisteraars aanwezig waren. Maar zij leverden hun bijdrage aan de totstandkoming van de Nieuwe Mis en de vernietiging van het Katholieke Heilige Misoffer’ (bisschop – later kardinaal – William Baum, geadopteerd door een joodse vader, Detroit News, 27 juni 1967).
Het eindresultaat was de officiële afkondiging van de Nieuwe Mis op Witte Donderdag, 3 april 1969.
In de Instructio Generalis ofwel algemene inleiding van de officiële tekst van de Nieuwe Mis, worden de Leerstellige beginselen die schuil gaan achter de ritus die zij gemaakt hebben, door de auteurs uiteengezet:
– definitie van de mis: de Algemene Inleiding spreekt over de mis als het ‘avondmaal van de Heer’ – een term die gunstig ligt bij protestanten – en beschrijft haar als de heilige vergadering of bijeenkomst van het volk van God onder leiding van een ‘priester’, die als voorzitter/voorganger optreedt. Deze definitie kon door Luther zelf geschreven zijn.
– maaltijd van de geloofsgemeenschap: de Algemene Inleiding spreekt over de Mis als een gedachtenismaaltijd, niet als Offer.
– de tegenwoordigheid van Christus: de Algemene Inleiding spreekt niet van Christus’ werkelijke Tegenwoordigheid (presentia realis) of van de Transsubstantiatie (leer dat na de consecratie onder de gedaante van brood en wijn wezenlijk Lichaam en Bloed van Jezus aanwezig zijn). In plaats daarvan wordt gezegd dat Christus tegenwoordig is in de vergadering van het volk van God, in de Schriftlezingen en in de ‘priester’, die voorgaat in de dienst.
– de rol van de ‘priester’: het volk van god celebreert. De priester is daarin louter de voorzitter/voorganger ofwel de president van de bijeenkomst.
– de consecratie: wat in de Oude Mis genoemd Consecratie wordt is in de Nieuwe mis het instellingsverhaal (Institutio narrativa). Deze term wordt door protestanten gebruikt om aan te duiden, dat de Eucharistie – in plaats van Offer – louter een hervertelling is van het verhaal rond het Laatste Avondmaal. Maar als de priester echter de woorden van de Consecratie zegt als louter een verhaaltje, dan heeft hij niet de voor de Katholieke Kerk geldende intentie, en bij gevolg is deze Mis dan ook niet geldig. Dat betekent dus, dat Christus niet werkelijk tegenwoordig komt en dat er dus geen offer plaatsheeft.
Toen verontruste Katholieken de alarmklok luidden omtrent de gevaarlijke ideeën van nieuwe ritus, probeerden de makers van de Nieuwe Mis in 1970 hun bedrog te verdoezelen in een tweede uitgave van de Instructio Generalis. Hierin werd de bezwaarlijke tekst gehandhaafd, maar er werden een paar traditionele termen ingebracht. Paulus VI was er inmiddels op gewezen dat het verzuim van het woord offer een ketterij betekende, en hij voegde aan het woord gedachtenismaal de woorden en offer toe, maar veranderde geen letter aan de tekst van de novus-ordo-mis zelf. Je zou zo’n praktijk zwendel mogen noemen. Het Vaticaan heeft dit document in 1975 herzien en nog eens in 2001. Sommige conservatieven begroetten deze nieuwe versies telkens als een ‘terugkeer naar eerbied’ of ‘Rome geeft ze van katoen, Rome slaat terug.’ Maar die herzieningen waren niet meer dan kosmetisch, een noodverband voor een ongeneeslijke kanker. De essentie ofwel het wezenlijke van de 1969 oecumenische en modernistische ritus bleef onverkort gehandhaafd. Deze Nieuwe Misorde is nu in alle kerken wereldwijd gangbaar.
10 Een oecumenische en modernistische ritus
Plaats je de gebeden en ceremonieën van de Traditionele Mis naast die van de Nieuwe, dan zie je direct hoe ze van elkaar verschillen. Het Traditionele Heilige Misoffer is precies wat als laatste woorden gezegd wordt: ‘vol genade en waarheid’ (Joh. 1,10). Het andere is zonder inhoud. De traditionele Leer van de Kerk werd weggevaagd ten bate van de protestanten en modernisten. Hier enkele voorbeelden:
– de gezamenlijke boeteritus: persoonlijk bidt de priester de gebeden aan de voet van het Altaar en begint de Mis met: ‘Introibo ad Altare Dei,’ ik zal opgaan naar het Altaar van God. De boeteritus wordt echter in novus ordo mis samen met de gelovigen gezegd. Deze boeteritus stamt uit de 16de eeuw. Protestanten dragen de leer uit dat de priester niet verschilt van de gewone gelovigen.
– het offertorium: deze gebeden van de Traditionele Mis bevatten specifieke toespelingen en verwijzingen naar een aantal Katholieke geloofspunten namelijk, dat de Heilige Mis wordt opgedragen aan God voor vergiffenis van zonden, dat de Heiligen moeten worden vereerd, enzovoorts.
Bijvoorbeeld het gebed ‘Suscipe, sancte Pater, Omnipotens Aeterne Deus, Hanc Immaculatam Hostiam…,’ ofwel: ‘Aanvaard Heilige Vader, Almachtige Eeuwige God, dit Onbevlekte Offer.’ Protestanten verwerpen deze leer en daarom: weg ermee. In de Nieuwe Mis worden ‘producten; aangeboden: ‘Gezegend zijt Gij God van het heelal. Uit Uw milde hand hebben wij het brood/ deze wijn ontvangen. Aan U dragen wij op de ‘vruchten van de aarde, het werk van onze handen’. Hier wordt geen Onbevlekt 0ffer opgedragen, maar worden producten en werk van mensenhanden aangeboden. Dit is niet het God aangename Offer van Abel, maar het door God verworpen offer van Kaïn.
– het Eucharistisch gebed: De Traditionele Heilige Mis heeft slechts één Eucharistisch gebed: de Romeinse Canon. Dit aloude en eerbiedwaardige gebed was een geliefd doelwit van protestantse spot. In plaats van één canon heeft de Nieuwe Mis 11 Eucharistische Gebeden. Deze zijn allemaal nieuw, inclusief drie speciaal voor kinderen, geschreven in theologische kinderpraat.
Al deze Eucharistische gebeden bevatten nu enkele typische protestantse praktijken. Bijvoorbeeld: de Instellingswoorden worden als een verhaal gezegd, zonder enige blijk van respect voor Onze Heer, of voor Zijn tegenwoordigheid in het Heilig Sacrament. Daarom zijn kniebuigingen, kruistekens, bellen, wierook, enzovoorts tot een minimum teruggebracht, ofwel zelfs vrijblijvend of helemaal weg.
– de handcommunie: ten grondslag aan de protestantse praktijk van de handcommunie ligt de loochening van Christus’ werkelijke tegenwoordigheid in het Heilig Sacrament en de ontkenning van het priesterschap, dat zijn bestaansrecht heeft door het Offer.
De praktijk van de handcommunie in de Nieuwe Mis – een ritus waar Christus tegenwoordig is in de bijeenkomst van de gelovigen en waar de ‘priester’ slechts voorzitter/voorganger is – geeft blijk van eenzelfde ontkenning van de Katholieke Leer. De mannen die de Nieuwe Mis maakten gingen nog een stap verder dan de protestanten: een leek mag niet alleen de Communie ontvangen in de hand, maar mag ook de Communie uitdelen, en een zij mag dan ook nog een korte broek dragen of een minirokje. De symboliek van de handcommunie spreekt mensen van deze tijd aan. Ze vinden zichzelf autonoom, volwassen en aan niemand onderdanig. Opvattingen volledig in strijd met de symboliek van de traditionele praktijk.
– de verering van de Heiligen en Engelen: In de gebeden van de Traditionele Heilige Mis worden dezen dikwijls aangeroepen bij naam en wordt hun voorspraak gevraagd. De heiligenverering in de Kerk was ook een van die praktijken die de protestanten afwijzen als ‘bijgeloof’. In de nieuwe Mis zijn veel namen van Heiligen verdwenen of vrijblijvend. In het nieuwe Missaal zijn de wekelijkse gebeden voor de Heiligen beperkt. Extra aandacht verdient de plaats van de Aartsengel Michaël in de traditionele Heilige Mis. Hij wordt aan het begin van de Heilige Mis genoemd bij het bidden van het Confiteor, en na de Consecratie wordt het Offer ‘op de handen van Uw heilige Engel … gebracht tot op het Altaar in den Hoge voor het aanschijn van Uw oneindige Majesteit…’ In de Novus Ordo mis is hij volledig verdwenen. Eveneens zijn twee feestdagen ter ere van deze grote Aartsengel (8mei en 29 september), die Satan neerslaat, van de liturgische kalender gehaald. Ook het gebed tot de Aartsengel Michaël, verdediger van het Katholieke Geloof, mag na de stille gelezen Heilige Mis niet meer gebeden worden en is afgeschaft in de nieuwe mis. De enige verklaring hiervoor is dat de Novus Ordo de mis van Satan is, en dus kan of mag zijn tegenstander daarin niet vernoemd worden.
– de gedachtenis van de overledenen: ‘Memento, Domine famulorem et famularumque tuarum….’, ‘Gedenk, Heer, Uw dienaren en dienaressen die ons zijn voorgegaan in het teken van het Geloof…’. Katholieken bidden voor de zielenrust van hun dierbaren.
In de Novus Ordo Mis (NOM) komt in de gebeden voor de doden het woord Ziel niet voor. Protestanten en modernisten verwerpen de leer over Vagevuur (purgatorium) en de Ziel.
– negatieve theologie: de leer van het katholieke Geloof klinkt in de oren van de mens hard. Daarom hebben de concilietheologen hun best gedaan om dat te verzachten. De makers van de nieuwe mis hebben systematisch uit alle gebeden begrippen als Hel, Oordeel, Gods toorn, de boosaardigheid van de zonde als het ergste kwaad, en het kwaad van de wereld weggelaten
– de ‘ipsissima Verba Christi ofwel ‘Christus’ eigen woorden’: bij de instelling van het Heilige Misoffer heeft Christus gezegd: ‘Hic est enim Calix Sanguinis Mei, Novi et Aeterni Testamenti – Mysterium Fidei – Quod Pro Vobis en Pro Multis Effundetur In Remissionem Peccatorum.’ – ‘Dit is de Kelk van mijn Bloed, van het Nieuwe en Eeuwige Verbond, dat voor u en voor velen wordt vergoten tot vergeving van de zonden’. Dat betekent dat alleen voor de velen die in Christus’ geloven de genade van de verlossing beschikbaar is. In de nieuwe mis (NOM) staat: ‘voor alle mensen’, ongeacht hun geloof. Dit is de ketterij van de Alverlossingsleer van de modernisten.
– de oneerbiedigheden en heiligschennis: Behalve een valse leer is de Novus Ordo (NOM) heiligschennis. Het Heilig Misoffer wordt ontdaan van haar heilig karakter Dit is een misdaad. Christus’ eigen woorden worden vervalst. De handcommunie, waarbij de hostie wordt gelegd in ongewijde handen, geeft blijk van ongeloof in de werkelijke tegenwoordigheid van Christus. Niet-gewijde personen, mannen en vrouwen, delen de communie uit.
11 Conclusie
Wat moet een Katholieke gelovige doen met betrekking tot de Nieuwe Mis? Dit kan in twee woorden gezegd worden: Blijf weg!!!! Dit klinkt misschien radicaal, maar het is niet anders. Waarom? Omdat het eerste doel van de Mis is de aanbidding van God en de bevordering van ons eigen zielenheil. Welnu een ritus, die de Leer van Gods Kerk in diskrediet brengt, leugens voor waarheid laat doorgaan, de woorden van Zijn Zoon Christus vervalst, en zijn Zoons Lichaam mishandelt, kortom een ritus, die doordrenkt is met de valse geest van het protestantisme en modernisme, kan God niet eren.
Wat in de voorgaande pagina’s gezegd is, is uiteraard slechts een korte en onvolledige uiteenzetting van de toestand van Katholieken ‘die standvastig zijn en trouw willen blijven aan de Traditionele Heilige Misoffer als bron van “Genade en Waarheid”(Joh. 1,10).’ Daarom nodigen wij u uit, om door zelfstudie en onderzoek verder te gaan en er dieper in door te dringen hoe de ‘rook van Satan’ (zoals Paulus VI erkende), het ‘Mysterium Iniquitatis’ ofwel het Geheim van het kwaad is binnengedrongen in de kerk van Vaticanum II.